15/01/2015
Om op de verschillende situaties zo goed mogelijk te kunnen inspelen, bepaalt de wet geen beperkende termijn maar enkel een indicatieve termijn van drie maanden.
De rulingdienst en de aanvrager kunnen deze termijn binnen redelijke perken en in onderling overleg inkorten of verlengen, rekening houdend met de praktijk en de aard van de aanvraag.
De oorspronkelijk bepaalde termijn kan bovendien in de loop van het onderzoek en in overleg met de aanvrager worden aangepast, rekening houdend met nieuwe elementen die deze laatste zou indienen of die zouden voortvloeien uit andere gebeurtenissen die tijdens de analyse worden vastgesteld.
Er wordt in elk geval rekening gehouden met de termijnen die de aanvrager zelf in acht moet nemen.